Voor en na een uitbreidende bijzin: ‘Mijn buurman Aren die vroeger een collega van mij was, heeft alles geregeld voor het straatfeest. Zie ook ons advies over de komma voor die en dat. Er komt geen komma voor en als je bij het hardop lezen geen pauze voor dit woord inlast.
Ik wil graag een jas kopen, naar nieuwe schoenen kijken en ook nog even naar de bibliotheek. Kaneko gaat niet mee(,) omdat ze te veel rugpijn heeft. De vrouw zweeg over haar ziekte(,) omdat ze vreesde voor haar job. De Elfstedentocht gaat niet door(,) omdat het ijs niet dik genoeg is. Wanneer zet je een komma ? In het Nederlands zijn de regels voor het gebruik van de komma vaak onduidelijk, omdat niet iedereen het eens is over wanneer je wel en niet een komma moet zetten.
Toch zijn er een paar dingen die je kunnen helpen om te bepalen of een komma op zijn plaats is of niet. Je moet bijna altijd een komma zetten voor een voegwoord. De voegwoorden kun je niet allemaal uit je hoofd leren, omdat er heel veel van zijn. Gebruik van de komma is aan te raden in lange zinnen, of als er kans op een verkeerde lezing bestaat.
Een oude schoolregel luidt dat je nooit een komma voor en mag zetten. In de praktijk echter wordt daarom voor zowel redenen als oorzaken gebruikt. Hoewel er bij oorzaken dus een keuzevrijheid bestaat tussen omdat en doordat, zal er wel vaak een voorkeur voor het ene of juist het andere woord bestaan. Hiervoor is echter geen algemene richtlijn te geven. Voor andere onderschikkende voegwoorden wordt vaak wel een komma gezet, maar niet altijd: vooral na korte hoofdzinnen is ook bij deze voegwoorden geen komma nodig.
Voor het voegwoord dat is de komma vrijwel altijd overbodig. De lezer rekent niet meer op het vervolgdeel (vanaf kunnen). Een verhaal zonder interpunctie is natuurlijk niks dan zouden we ons snel ergeren aan het feit dat je niet weet wanneer een verhaal wel stopt of niet spellingzo gaat daarom uitleg geven deze keer over het gebruik van een komma want deze is onmisbaar in een verhaal moet je momenten hebben van rust.
Héhéé, was dat even vervelend. Hy wou nie hê dat ek sy werk nasien nie. Dat komt omdat er geen vaststaande voorschriften zijn voor het juiste gebruik van de komma. Een advies dat je vaak hoort, is : plaats een komma als je bij hardop lezen een kleine pauze hoort.
Die regel is niet voor iedereen makkelijk toe te passen. In sommige gevallen kan de komma een betekenisverschil maken in een zin. Als vuistregel voor het gebruik geldt: plaats een komma waar bij gewoon spreken of lezen een kleine pauze kan worden gedacht. In geval van twijfel of op een bepaalde plaats een komma moet staan of niet, is het vaak het beste om hem weg te laten. Dat betekent dat de komma altijd voor het aanhalingsteken staat.
Staat er geen komma na scholieren, dan drukt de zin uit dat sommige scholieren (maar niet alle) hun huiswerk niet gedaan hebben en dat alleen deze scholieren straf kregen. Voor de nevenschikkende voegwoorden maar en want wordt meestal een komma gezet. De Argentijn probeerde te koppen, maar kreeg een duw tegen zijn schouder en zag de bal net naast gaan.
Ze stopt met werken, want ze gaat trouwen met een miljonair. Zo zien we voor wie we werken en raken we echt betrokken. Daarom hopen we ook op een rondleiding door het bedrijf (en op iets lekkers bij de koffie).
Een kennismaking is voor ons meer dan even handen schudden: we denken graag in de volle breedte mee. Ook de toonhoogte waarmee de zin wordt uitgesproken, verandert op de plaats van de komma vaak een beetje. Er zijn niet echt vaste regels te geven over het gebruik van de komma.
Wel zijn er een paar situaties waar je altijd een komma plaatst. Hieronder vind je een paar regels voor het gebruik van de komma in een zin. Je zet een komma als: 1. Dat is natuurlijk veel te vaag, daarom een paar algemene regels: 1. Ik had ‘m daarom kunnen weglaten.
Zet altijd een komma voor een uitbreidende bijzin Een uitbreidende bijzin is een bijzin waarmee je extra informatie geeft over een zelfstandig naamwoord. Allereerst zet je de komma als je een natuurlijke adempauze hoort. Gebruik een komma als dat de zin verduidelijkt.
Ik heb gezegd dat het laat kan worden. Vaak is een komma helemaal niet nodig, maar de regels voor het gebruik van een komma zijn vaak niet meer dan richtlijnen. Maar de betekenis van een zin kan er wel door veranderen.
De komma wordt vaak lukraak in een zin geplakt. Dat maakt het lastig de komma juist te gebruiken. Hier vind je een aantal van die regels en richtlijnen. Voegwoorden kun je vaak herkennen aan de komma die ervoor staat, maar niet elk voegwoord wordt voorafgegaan door een komma en je schrijft niet alleen een komma bij voegwoorden. Een voegwoord komt het meest voor in het midden van de zin, met links daarvan de ene zin en rechts daarvan de andere zin.
Je kunt een zin ook beginnen met een voegwoord. Echter, het komt zelden voor. Soms wordt de komma na echter weggelaten en volgt er inversie, maar die constructie is niet voor iedereen aanvaardbaar.
Het is daarom onduidelijk of de volgende zinnen zonder meer als correct kunnen worden beschouwd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.